ons huis
in ons huis... woont in elke hoek... één muis.
ze trippelen en ze trappelen.
ze kribbelen en ze krabbelen.
en ze zitten op de tafel.
en op de stoel. en in de kast. en op de bank.
en als ik zeg: “vang”, dan kruipen ze allemaal achter 't behang.
huisje dicht....
huisje dicht, huisje open.
huisje dicht, huisje open.
en wie komt daar uitgekropen?
dit ben ik en dat ben jij. buiten zijn we allebei.
Maar oh, oh, de regen gaat beginnen. dan gaan we maar snel naar binnen.
nu wordt het ook nog donker buiten. laten we dan maar het huisje sluiten.
we bouwen een huis (huisje bouwen met de handen recht omhoog),
een heel groot huis (vingertoppen naar elkaar toebrengen (dak) en hoog in de lucht houden).
deurtjes open (handen open naast het gezicht),
deurtjes toe (hand voor de ogen houden).
kiekeboee!!!!! (handen weer open, naast je gezicht houden)